Home

Foto album

Landkaart met route

 

 

Badlands ten noorden van Gaudix

 

 

 

Andalusië

Wij zijn nog eens in Andalusië geweest. Een paar jaar geleden vanuit Malaga richting Ronda en Jerez de la Fronterra, deze keer naar Granada, Córdoba en heel veel moois daar tussen. Reden genoeg om nog eens naar dit gebied terug te gaan.

 

Koud uit het vliegtuig fietsen we nog even 100km richting Granada, storm mee over de lege boulevards met steeds donkere wolken achter ons. Als we de volgende dag in Granada aankomen kunnen we rustig aan doen: toegang tot het Alhambra hebben we via internet al in Nederland geregeld. Het gaat dan wel wat sneller als je ten minste de juiste kassa kunt vinden. Druk is het er niet echt. Eerst de Generalife met mooie tuinen en uitzichten, de paleizen waar het allemaal om gaat zijn wat kleiner en minder spectaculair dan we gedacht hadden, het blijft wel de moeite waard.

 

Dan gaat het tegen de klok in rond de Sierra Nevada, de zon laat zich vanaf nu goed gelden, 40 graden en meer. Via een slinks landbouw weggetje kunnen we een stuk van de drukke provinciale weg langs de A44 vermijden. In Trévelez eten we natuurlijk een bocadillo con jamon: elk huis in het dorp lijkt vol te hangen met hammen, lekker, lekker.

Het blijft snik heet en de geplande klim over de Puerto de la Ragua doen we maar een dagje later, op de camping net boven Laroles is het genoeg geweest.

Die klim blijkt dus een hele echte te zijn inderdaad tot 2000 m. De afdaling is gelukkig ook heel goed en al snel staan we bij het kasteel van La Callahora. Dat is nu zo’n kasteel zoals je een kasteel zou tekenen: boven op een berg, vierkant, bruin, kantelen en op elke hoek een toren. We slaan hier linksaf en in Jerez de Marquesado is een camping: hoog boven het dorp.

 

De mooiste natuur die we tegen komen, is die ten noorden van Gaudix: eerst rijden we door een prachtige canyon, daarna door badlands in alle kleuren: grijs, wit, geel, rood zover je kijken kunt, een klein riviertje in het dal is net genoeg voor wat bossage. De weg is onverhard en af en toe is het gokken hoe we moeten fietsen. Natuurlijk kom je hier geen kip tegen. Het is trouwens nergens druk en de Spanjaarden houden best goed rekening met zwaar beladen fietsers. Om die badlands uit te komen moeten we nog een flink eind klimmen, daar hebben we onze fiets toch wel een paar keer moeten duwen.

 

De volgende dag duwen we meer dan ons lief is: op de kaart staat een mooi weggetje getekend langs het embalse de la Bolera, naar het noorden, dan bij Nava de San Piedro links af en je zit zo in Cazorla. Dat doen we dus, nou ja: daar hebben we echt de hele dag over gedaan: de mooie grindweg wordt een smal wandelpad en dat gaat dan natuurlijk met de ene na de andere haarspeld de hoogte in. Dan denk je dat je er bent maar dan komt een splitsing waar we op goed geluk maar links gaan, dan ben je er nog niet want pas 10 km na Nava de San Piedro komt asfalt in zicht en een stukje afdaling. Voordat we werkelijk in Cazorla zijn moeten we ook nog even over 1400 meter.

Dan maar even 2 dagen rustig aan, de route naar Ubeda via Santo Tome is niet echt bijzonder, in Andujar ontdekken we wel de Granizado lemon (ijskoude citroenlimonade) en die blijft de rest van de vakantie op ons menu.

 

Gaudix met grand canyon idee

 

Tussen Andujar en Montorro liggen een paar hele mooie stukken natuur, deze laten we achter ons als we via een 4 baans weg Córdoba binnen rijden, waar we achter de kathedraal een leuk hotel nemen, met airco.

 

Córdoba vinden we mooier dan Granada: een grote oude stad met smalle straatjes, mooie pleintjes en als afsluiter natuurlijk de Mezquita kathedraal. Ook hier is het helemaal niet druk en kunnen we alles op ons gemak bekijken. Het blijft raar een echt katholiek middenschip tussen de Moorse zuilen.

Vanuit Córdoba weet Jolanda ons feilloos naar de via Verde te leiden (via een doolhof op een industrieterrein). Dat kan volgend jaar best wel weer anders zijn, want ze zijn daar hard aan het bouwen en met de weg bezig.

Die Via Verde is een oude spoorlijn die tot fiets/wandelpad is omgebouwd, niet te veel stijgen en dalen en zelfs een echte tunnel. Na een kleine 40 km is het gedaan met de pret en komen we via een drukke weg in la Carlotta uit. Na dat plaatsje houdt het verkeer weer op en fietsen we richting camping.

 

Rond de Laguna de Fuente Piedra zien we heel in de verte nog een grote groep flamingo’s, omdat wij weten dat die er moeten zitten, anders zou het goed een luchtspiegeling kunnen zijn.

 

In Antequerra doen we ons rond 11:00 u te goed aan een ontbijt met verse jus, koffie verkeerd en taart en dan nog maar een koffie. Het vlakke land houdt hier weer op en via een serie bergen komen we in el Chorro, omdat de camping ons niet aan staat, het nog vrij vroeg is en er volgens de kaart ook een camping is in Alora fietsen we maar door. Die camping is er dus niet, wel een B&B, da’s ook wel weer lekker.

 

Op de laatste dag hebben we nog 40 km te gaan naar het vliegveld, daarom maar een ommetje, via Cartama richting Torremolinos. Weer blijkt dat Spanje geen Nederland is: zo vlak voor de kust liggen dus ook hoge bergen. Dat heeft dan weer als voordeel dat we goed kunnen zien dat de hele kust in een dikke mistdeken gehuld is, terwijl wij ons in de hete middagzon in het zweet trappen om boven te komen.

 

Torremolinos is niet onze eerste keus voor vakantiebestemming, het Spanje achter de bergen is echter meer dan de moeite waard. Moeiteloos vinden we de weg naar het vliegveld, waar ’s-avonds het vliegtuig ons weer thuis brengt.